Moet mijn hond gecastreerd/gesteriliseerd worden?

❮ ❯

Of u uw jonge hond al dan niet wil steriliseren of castreren is een belangrijke beslissing die u moet overwegen. Wij merken ook dat hierover nog heel wat fabeltjes en misvattingen bestaan. Daarom zullen wij hier alle voordelen, nadelen, feiten en fabels van sterilisatie en castratie bij de hond bespreken.

Bij castratie wordt een chirurgische ingreep uitgevoerd waarbij de teelballen of de eierstokken (ovariectomie) en soms ook de baarmoeder (ovariohysterectomie) worden verwijderd. Doorgaans wordt er gesproken van castratie bij de reu en sterilisatie bij de teef, maar medisch gezien is sterilisatie enkel het onderbreken van de zaadleider of eileider en blijven de geslachtsorganen wel aanwezig in het lichaam.

Voordelen van sterilisatie bij de teef

Bij niet-gesteriliseerde teefjes krijgt ongeveer 1 op 3 te maken met ofwel melkkliertumoren ofwel een baarmoederontsteking of beide voor de leeftijd van 10 jaar. Dit risico varieert echter van 9% tot 73 % afhankelijk van het ras van de hond. Hieronder bespreken we dit verder.

  • Minder kans op melkkliertumoren
  • Ongeveer 13 % van de niet gesteriliseerde teven krijgt melkkliertumoren voor de leeftijd van 10 jaar. Dit risico stijgt met stijgende leeftijd. Bij honden ouder dan 10 jaar zien we dus jaar na jaar een groter risico op het ontstaan van deze tumoren. Hiervan is 50% goedaardig en 50% kwaadaardig. Vaak komen ook gemengde tumoren voor, zo kunnen er in het zelfde gezwel zowel goedaardige als kwaadaardige cellen zitten. De enige manier om zeker te zijn of een melkkliertumor goed- of kwaadaardig is door het gezwel weg te nemen en op de sturen naar het labo voor onderzoek. Dit wil zeggen dat bij tumoren van de melkklier de hond sowieso een operatie moet ondergaan. Deze operatie is meestal een stuk zwaarder voor de hond dan een gewone sterilisatie en ook een stuk duurder voor de eigenaar.

    Door teefjes op jonge leeftijd te steriliseren kan je het risico op melkkliertumoren aanzienlijk verkleinen. Het risico is het laagst bij sterilisatie vóór de eerste loopsheid. Teefjes die een sterilisatie ondergaan vóór de leeftijd van 6 maanden hebben 200 keer minder kans op het krijgen van kwaadaardige melkkliertumoren dan een intacte teef. Maar ook bij sterilisatie na de eerste loopsheid én voor de leeftijd van 2,5 jaar is het risico nog steeds 15x kleiner dan bij een niet-gesteriliseerde teef. Het beschermend effect van sterilisatie ten opzichte van melkkliertumoren bij een teef ouder dan 2,5 jaar is verwaarloosbaar.

  • Baarmoederontsteking (pyometra)
  • Ongeveer 1 op 4 niet-gesteriliseerde teven krijgt te maken met een baarmoederontsteking voor de leeftijd van 10 jaar. Hier geldt opnieuw hetzelfde principe, hoe ouder de hond, hoe meer het risico stijgt. Maar wat is dat nu precies, een baarmoederontsteking? De ontsteking van de baarmoeder komt voort uit de productie van hormonen door de eierstokken. Het ontstaat doordat bacteriën terechtkomen in de baarmoeder via de baarmoederhals en zich ontwikkelen tot een baarmoeder gevuld met etter. Dit zorgt dat de hond heel ziek is en ze kan er zelfs door sterven.

    Een gesteriliseerde teef kan dus geen baarmoederontsteking meer ontwikkelen doordat de eierstokken zijn verwijderd en de hormoonproductie wordt stopgezet.

  • Geen loopsheid meer
  • De meeste teefjes worden 2 x per jaar loops en duurt meestal 2-3 weken. Dit gaat gepaard met bloedverlies en een gezwollen vulva. Sommige teefjes zullen zich ook minder goed voelen tijdens deze periode. Zo kunnen ze minder eetlust hebben , sommige honden gaan ook braken of krijgen diarree. Net zoals bij de mens heeft de ene hond hier veel meer last van dan de andere. Er kunnen ook gedragsveranderingen gezien worden. Zo kan de ene hond zich bijvoorbeeld aanhankelijker gaan gedragen terwijl de andere net afstandelijk wordt. De mannetjes vertonen op dat moment ook veel meer interesse in de teef en dat kan soms voor problemen zorgen.

    Na sterilisatie worden honden niet meer loops en zullen we dus ook deze mogelijke negatieve invloed ook niet meer zien.

  • Schijndracht
  • Schijndracht ontstaat ongeveer 2 maanden na de loopsheid, ook onder invloed van de hormonen. De meest voorkomende symptomen zijn nestdrang (bijvoorbeeld alle speeltjes in de mand verzamelen), verminderde eetlust, minder actief zijn, zwelling van de tepels met al dan niet productie van melk. Vaak is hier een behandeling nodig. We zien regelmatig dat als een teefje schijndrachtig geweest is, dit ook terugkeert na elke loopsheid.

    Gesteriliseerde teven kunnen niet meer schijndrachtig worden aangezien de hormonen niet meer geproduceerd worden.

  • Geen ongewenste nestjes
  • En natuurlijk, het meest voor de hand liggende voordeel, geen ongewenste nestjes.

Voordelen van sterilisatie bij de reu

  • Testikels en prostaat
  • Na castratie is er vanzelfsprekend geen risico meer op het ontstaan van tumoren van de testikels omdat ze verwijderd zijn. Testikeltumoren bij intacte honden komen ongeveer bij 1 op 4 voor. Deze tumoren zijn vaak zonder uitzaaiingen en we kunnen dus bij wegname bijna altijd spreken van genezing.

    Ook wordt de kans op prostaathyperplasie (een goedaardige zwelling van de prostaat) en de gevolgen daarvan zoals prostaatcysten en ontstekingen van de prostaat een heel stuk kleiner. Na castratie verdwijnt de prostaathyperplasie vanzelf.

  • Gedrag
  • Vaak denken mensen dat castratie van een reu ervoor zorgt dat de hond beter zal gaan gehoorzamen. Dit is echter niet zo. Castratie heeft enkel gevolgen voor gedrag dat wordt veroorzaakt door een hormonale invloed, zoals rijgedrag, urine markeren, agressie naar andere honden en weglopen. De geur van de urine zal ook minder sterk worden. Het kan zelfs gebeuren dat het castreren van een angstige of onzekere hond ervoor zorgt dat de hond nog onzekerder of angstiger wordt.

    Bij twijfel is het aangewezen om eerst te kiezen voor een chemische castratie voorafgaand aan de chirurgische castratie. Hierbij wordt een implantaat ingebracht zodat tijdelijke steriliteit bekomen wordt en de hormoonproductie wordt stilgelegd. Op deze manier kunnen de eigenaars vooraf inschatten of castratie wel het gewenste effect heeft. Het is ook beter om te wachten met castratie tot na de puberteit.

Nadelen van sterilisatie bij reu en teef

  • Gewichtstoename en obesitas
  • Honden hebben na sterilisatie of castratie een groter risico op obesitas, onafhankelijk van de leeftijd waarop dit wordt uitgevoerd. Ze zijn vaak minder actief en hun metabolisme is ook trager waardoor de nood aan energierijke voeding laag is, terwijl hun eetlust gelijk blijft of zelfs toeneemt. Daardoor kunnen ze met dezelfde hoeveelheid voeding plots verzwaren na castratie of sterilisatie. Ze zullen ook minder gemakkelijk gewicht verliezen dan een intacte hond. Obesitas is het meest voorkomende probleem bij honden, daarmee gepaard gaande zien we dan ook vaak orthopedische problemen en suikerziekte.

    Overgewicht voorkomen is gemakkelijker dan gewicht verliezen. Om het risico op overgewicht te verkleinen is het aangewezen om na sterilisatie/castratie om het gewicht goed op te volgen en de voeding van de hond aan te passen en af te wegen.

  • Vachtveranderingen
  • Castratie en sterilisatie geeft vaak veranderingen van de vacht. De vacht verliest z’n kleurintensiteit en krijgt een andere structuur. Dit zal het duidelijkst zichtbaar zijn bij langharige rassen zoals de cocker spaniël, Ierse setter, golden retrievers, newfoundlanders...

  • Urine-incontinentie
  • Urine-incontinentie door sterilisatie komt vooral voor bij vrouwelijke honden van grote rassen. Ook hier hebben bepaalde rassen een grotere kans op het ontwikkelen van incontinentie dan andere, enkele voorbeelden zijn de Ierse setter, de dobberman en de dalmatiër. Ook overgewicht is een risicofactor voor het ontwikkelen van urine-incontinentie. Honden die voor de leeftijd van 6 maanden gesteriliseerd worden krijgen ook vaker last van incontinentie dan diegene die later gesteriliseerd worden. Urine-incontinentie is niet dodelijk, maar is wel vervelend en soms frustrerend voor de eigenaar. Dit is een aandoening waarvoor behandeling met medicatie wel mogelijk is.

    Urine-incontinentie bij de reu is zeldzaam en castratie heeft geen invloed op het ontstaan hiervan.

  • Prostaat
  • Gezwellen van de prostaat zijn bij de hond bijna altijd kwaadaardig, maar komen gelukkig veel minder voor dan bij de mens. We zien wel dat honden die gecastreerd zijn aanzienlijk groter risico hebben om prostaatkanker te krijgen.

  • Tumoren
  • Sterilisatie of castratie heeft zoals hierboven besproken een beschermend effect tegen het ontstaan van tumoren van het voortplantingsstelsel. Recent onderzoek toont echter aan dat deze (gesteriliseerde en gecastreerde) honden een grotere kans zouden hebben op het ontstaan van bepaalde tumoren op andere plaatsen in het lichaam. Ook hier is dit weer afhankelijk van het ras en zelfs van het geslacht binnen hetzelfde ras. Enkele voorbeelden zijn: vaker lymfoma bij mannelijke en vrouwelijke vizsla’s, geen invloed bij labradors en Duitse herders en bij de golden retriever heeft het enkel invloed op reuen.

  • Orthopedische aandoeningen
  • Orthopedische aandoeningen zoals kruisbandscheuren, elleboogdysplasie en heupdysplasie zijn niet levensbedreigend, maar hebben wel een invloed op de levenskwaliteit van de hond. Behandeling van deze aandoeningen is vaak ook duur.

    Vroege castratie of sterilisatie (voor de leeftijd van 6 maanden) bij grote hondenrassen geeft een grotere kans op het scheuren van de kruisband. Heupdysplasie is een aandoening die ontstaat door veel verschillende factoren, daarom is de invloed van sterilisatie of castratie hier moeilijker te bepalen. Toch werd er gezien dat er bij bepaalde rassen geen invloed was van castratie of sterilisatie, bij andere rassen was er enkel een grotere kans op het ontstaan van heupdysplasie bij de gesteriliseerde teef en bij nog andere rassen was de kans groter bij een gecastreerde reu. Over de impact van sterilisatie of castratie op het ontstaan van elleboogdysplasie is er nog geen duidelijkheid.

    Wel ziet men geen verhoogd risico op het ontstaan van deze orthopedische aandoeningen bij kleine rassen en kruisingen kleiner dan 20 kg.

  • Andere aandoeningen
  • Er zijn nog een aantal andere aandoeningen waarop sterilisatie en castratie een invloed hebben. Een hiervan is een hernia van de wervels. Sterilisatie of castratie voor de leeftijd van 1 jaar zou de kans op een hernia vergroten bij gevoelige rassen (zoals de teckel, Franse buldog…). Ook vergroot sterilisatie en castratie de kans op het ontstaan van verschillende auto-immuun-ziekten.

Hoe gaat castratie in zijn werk?

Castraties bij honden zijn echte routineoperaties en houden slechts een klein risico in. Uw hond moet 6 uur voor de operatie nuchter zijn, d.w.z. niet eten en niet drinken. Door de anesthesie kunnen ze misselijk worden en overgeven. Uw hond wordt, na klinische check-up, onder anesthesie gebracht en krijgt pijnmedicatie. We houden hem/haar nauwlettend in de gaten via de monitoring en hij/zij ligt op een warmtematje om afkoelen te vermijden. We scheren de buik gedeeltelijk en ontsmetten de plaats van operatie. Bij reuen is dit tussen de penis en balzak. Via een incisie in de huid worden de teelballen verwijderd.

Bij teefjes wordt via de buikholte de eierstokken verwijderd en indien nodig ook de baarmoeder. De operatiewonde wordt meestal onderhuids gehecht. De draadjes lossen vanzelf op na enkele weken en zo hoeven er achteraf geen draadjes te worden verwijderd. Vaak wordt een pleister op de wonde gelegd om deze te beschermen. Uw hond mag dezelfde dag nog terug naar huis als alles vlot verlopen is. We geven u dan nog een informatieve fiche mee en graag plannen we een controleafspraak in om te horen hoe het gaat en om de wonde te evalueren.

Nazorg thuis

Uw hond kan na de verdoving nog wat suf zijn, terwijl sommige honden meteen al terug vol energie zijn. Houdt hem/haar zeker nog warm en rustig de dag van operatie. Probeer te voorkomen dat uw hond springt, zwemt of trappen doet tot aan de controleafspraak. We geven u ook een pijnstiller mee voor enkele dagen, indien nodig. Als de pleister nog voor de controle af is, hoeft u zich geen zorgen te maken. Controleer de wonde dagelijks en houd uw hond in de gaten dat ze niet aan de wonde likt of krabt. Ziet u zwelling, roodheid of vocht vanuit de wonde, neem dan contact met ons op voor een extra controle. Het is mogelijk om uw hond een kraag of een T-shirt aan te doen om te voorkomen dat hij/zij aan de wonde komt. Beide zijn bij ons te verkrijgen.

Kan ik mijn hond onvruchtbaar maken zonder chirurgische ingreep?

Bij reuen is het mogelijk om een chemische castratie uit te voeren. Via een implantaat dat onderhuids wordt ingebracht met een naald wordt na enkele weken steriliteit verkregen. Afhankelijk van de dosis kan dit een halfjaar of een volledig jaar duren. Het voordeel hierbij is dat het reversibel is. Wanneer het product is uitgewerkt, is uw hond terug vruchtbaar. Op deze manier kunt u ook het effect van castratie op zijn gedrag waarnemen vooraleer u definitief beslist om hem te castreren.

Bij teefjes wordt chemische castratie sterk afgeraden.